Activiteitenbesluit
De omschrijving van het begrip inrichting uit de Wet Milieubeheer luidt: “elke door de mens bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen bedrijvigheid die binnen een zekere begrenzing pleegt te worden verricht”. Een terras dat bedrijfsmatig wordt gebruikt behoort dus tot een inrichting.
Voor het gebruik van terrassen afzonderlijk zijn geen landelijke regels gesteld. Voor bijna alle horecabedrijven en dus ook de bijbehorende terrassen gelden de algemene regels van het Activiteitenbesluit. Het gaat hierbij dan voornamelijk om bepalingen om hinder voor de omgeving te beperken of te voorkomen.
Muziekgeluid
De geluidsvoorschriften voor het horecabedrijf gelden voor de gehele inrichting. Het geluid inclusief dat van een terras moet worden getoetst aan de geluidsvoorschriften in artikel 2.17, 2.19a en 2.20 van het Activiteitenbesluit. In artikel 2.18 van het Activiteitenbesluit zijn uitzonderingen genoemd.
In de bepaling van het geluidsniveau wordt versterkte muziek op het terras meegenomen. Dit betekent voor de meeste horecabedrijven dat versterkte muziek, dan wel live muziek op het terras niet mogelijk is. Tenzij er gebruik wordt gemaakt van een ‘kennisgeving incidentele festiviteit’, ontheffing wil van de geluidsvoorschriften.
In de bepaling van het geluidsniveau wordt in principe niet de onversterkte muziek meegenomen. Dat betekent dat op een terras de muziek mag klinken van een onversterkt salsafeest met trompetten, percussie en zingende artiesten. Toch kan het zijn dat de lokale situatie wel om regels vraagt. De gemeente kan regels opnemen voor onversterkte muziek in een gemeentelijke verordening (zie model APV). Of dergelijke regels ook in uw gemeente gelden, kunt u lezen in uw eigen Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
Drank- en Horecawet
In artikel 1 Drank- en Horecawet (DHW) wordt onder een inrichting verstaan: “de lokaliteiten waarin het slijtersbedrijf of het horecabedrijf wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen voor zover die terrassen in ieder geval bestemd zijn voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, welke lokaliteiten al dan niet onderdeel uitmaken van een andere besloten ruimte”. De DHW stelt dus ook dat een terras onderdeel is van een horeca-inrichting en als zodanig in de drank- en horecavergunning moet worden vermeld.
Conclusie
We kunnen concluderen dat terrassen die bedrijfsmatig en in de onmiddellijke nabijheid van de horecalokaliteit zijn gelegen, onderdeel zijn van een inrichting. Dit wordt bevestigt in zowel de Wet Milieubeheer, het Activiteitenbesluit als de Drank- en Horecawet.