Vergunningverlening
In mei 2019 heeft de Raad van State het Programma Aanpak Stikstof (PAS) ongeldig verklaard. Daarvoor was het mogelijk op grond van het PAS een vrijstelling op de vergunningsplicht te krijgen als het evenement een stikstoftoename van minder dan één mol in een Natura 2000-gebied veroorzaakte. Het aantal mol (massa van een stof in gram uitgedrukt) van een bepaalde stof, zegt iets over de hoeveelheid van die stof. Eén kg stikstof staat gelijk aan ongeveer 70 mol.
Wat de gevolgen van het veroorzaken van stikstofproblematiek door evenementen is, ligt aan de specifieke locatie van een evenement. Als er sprake is van handelingen in, of in de nabijheid van, een Natura 2000-gebied, die een verstorend effect kunnen hebben, is een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb) noodzakelijk. Als er geen sprake is van stikstofneerslag, heeft de initiatiefnemer geen natuurvergunning nodig. Dit wordt inzichtelijk gemaakt door een AERIUS-berekening. Bij het verrichten van een stikstofberekening is in artikel 2.1 van de Regeling natuurbescherming de wettelijke verplichting voor het gebruik van de AERIUS Calculator vastgelegd. De AERIUS berekening is verplicht voor evenementen in de nabijheid van een Natura 2000-gebieden waarvoor getoetst moet worden of ze naast een omgevingsvergunning ook een vergunningplicht hebben op grond van de Wnb. Er wordt met een AERIUS-berekening bepaald of er sprake is van stikstofneerslag op de naastgelegen stikstofgevoelige natuur of in een natuurgebied zelf als daar het evenement moet plaatsvinden. De AERIUS-berekening hoeft dus niet standaard bij elke aanvraag ingediend te worden.
Wanneer voor een evenement een omgevingsvergunning vereist is op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingswet (Wabo), heeft de organisator en beoogd vergunninghouder (APV) van een evenement twee keuzes voor het verkrijgen van een natuurvergunning. Hij kan een omgevingsvergunning aanvragen met daarin meegenomen de natuurtoets of hij kan een afzonderlijke natuurvergunning en een omgevingsvergunning aanvragen.
Als de initiatiefnemer kiest om een omgevingsvergunning aan te vragen met daarin meegenomen de natuurtoets, is de gemeente (het college van burgemeester en wethouders) bevoegd gezag. De gemeente moet in dit geval op grond van artikel 6.10a van het Besluit Omgevingsrecht aan de provincie vragen voor een “Verklaring van geen bedenkingen”. Een verklaring van geen bedenkingen houdt in dat de gemeente de natuurvergunning aanvraagt bij de provincie en het oordeel van de provincie meeneemt bij de beslissing op de aangevraagde omgevingsvergunning. Als de initiatiefnemer beslist om een afzonderlijke natuurvergunning aan te vragen, moet hij de aanvraag indienen op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb). De provincies zijn dan het bevoegde orgaan voor het afgeven van een natuurvergunning op basis van de Wnb. De initiatiefnemer moet zelf de natuurvergunning aanvragen bij de provincie, omdat die geen onderdeel uitmaakt van de bevoegdheid van de gemeente en dus ook niet als indieningsvereiste bij de aanvraag van een evenementenvergunning kan worden geeist.
Ontwikkeling
In een uitspraak van de Raad van State van 20 januari 2021 werd geoordeeld dat als significante gevolgen, door een toename van stikstofdepositie of op een andere wijze, zijn uit te sluiten in de voortoets, niet verplicht is voor projecten om een vergunning aan te vragen. Vanaf 1 januari 2020 geldt, door de Spoedwet aanpak stikstof, alleen nog een vergunningplicht voor activiteiten met mogelijk significant negatieve gevolgen voor een Natura 2000-gebied, en niet meer voor activiteiten die hooguit verslechterende effecten hebben.
Alternatieven
De grootste vervuilers zijn vaak de stroomvoorzieningen, verkeersbewegingen en aan- en afvoer materialen bij een evenement. Een efficiënte manier om uitstoot te beperken is energie besparen. De voorkeur gaat uit naar groene energie waarbij gebruik gemaakt kan worden voor een (tijdelijke) aansluiting op vast stroomnet. Daarnaast is het van belang dieselaggregaten, als aggregaten noodzakelijk zijn, te vervangen door een aggregaat met een energiezuinige motor of een hybride generator met een motor en een batterij. Tenslotte is het effectief om de piekbelasting van een aggregaat te besparen en verspreiden, zo kan er gebruik worden gemaakt van een kleinere aggregaat. Een kleinere aggregaat bespaard diesel.
De uitstoot van uitlaatgassen kan grotendeels worden verminderd door het inzetten van pendelvervoer en stimuleren te voet en- of op de fiets te komen of daar satellietplaatsen op afstand in te richten. Verder kan er rekening worden gehouden met de aan- en afvoer van voedsel en drank door leveranciers. Door lokaal in te kopen kan er bespaard worden op de hoeveelheid ritten naar het evenemententerrein en ook die aanvoer kan steeds vaker met elektrische voertuigen.