Gemeenten worstelen nog steeds met de ontwikkeling in- en rond de shishabranche. Eerder schreven we al over dit type horecabedrijf om toe te lichten wat het is, het vergunningstelsel en de relatie met de Tabaks- en rookwarenwet. Nu is het tijd voor een update.
We merken dat gemeenten niet altijd positief staan tegenover deze branche, deels door ervaringen elders, deels door onbekendheid en soms ook vanwege het publiek wat er komt. De branche is ook regelmatig onderwerp in de discussie aanpak ondermijning. Bij het nemen van beslissingen over de shishabranche is het zaak keuzes te baseren op basis van kennis, feiten en omstandigheden en niet op onbekendheid, aannames en vooroordelen. Ook zal de gemeente zich de vraag moeten stellen, is een shishalounge een toevoeging in het aanbod en past het bij de branding van de gemeente.
In het pallet van informatie en overwegingen speelt al langer de vraag op het specifieke punt ontwikkeling van koolmonoxide in de ruimte en brandgevaar.
Wettelijk kader en handhaving
Het roken van een waterpijp waar tabak in zit, is in Nederland vanaf 1 april 2020 verboden. Shishalounges mogen wel waterpijpen aanbieden met kruidenrookproducten of dampstenen. De Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit (NVWA) is verantwoordelijk voor het houden van toezicht op het rookverbod. De waterpijp valt ook onder het rookverbod als met een waterpijp met tabak wordt gerookt. Bij het overtreden van het rookverbod kan de NVWA een bestuurlijke boete opleggen.
Bij het roken van een waterpijp komt koolmonoxide (CO) vrij. In shishalounges kunnen de CO-waarden boven de maximaal toelaatbare waarden komen waardoor goede controle van de luchtkwaliteit noodzakelijk is. De richtlijn 2008/50/EG bevat de grens- en/of streefwaarden voor koolmonoxide. De doelstellingen voor de luchtkwaliteit in deze richtlijn hebben als doel om de kwaliteit van de menselijke gezondheid en het milieu te verbeteren. In Nederland is luchtkwaliteit vastgesteld in de Wet milieubeheer, waarin Europese richtlijnen vertaald worden naar de Nederlandse situatie. Op grond van de Wet milieubeheer geldt voor koolmonoxide een grenswaarde van 10 000 microgram per m3 als acht-uurgemiddelde concentratie. Het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) bevat de beoordeling, rapportage en maatregelen voor luchtkwaliteit. In dit programma is er een samenwerking tussen gemeenten, provincies en organisaties van de Rijksoverheid, zoals Rijkswaterstaat. Het programma bevat maatregelen die zorgen dat de luchtkwaliteit in Nederland aan de EU-normen voldoet.
Verschillende aanpak in handhaving koolmonoxideproblematiek
Er zijn verschillende redenen om al dan niet handhavend op te treden. Het is zaak helder voor ogen te hebben wat het doel is van die handhaving, wat wil je oplossen, om vervolgens het juiste instrument in te zetten.
Het is nog niet duidelijk wat de meest effectieve manier is het koolmonoxideprobleem aan te pakken. In Amsterdam is er bijvoorbeeld een shishalounge gesloten op grond van art. 9.2.1.2 uit de Wet milieubeheer. De handhaving in Den Haag gebeurt primair op basis van artikel 1a en 1b Woningwet en artikel 7.22 Bouwbesluit. In Rotterdam wordt de handhavingsbeleid van shishalounges uitgevoerd door Team Drank en Horeca van Stadsbeheer. Zij werken samen met de NVWA, de politie en de douane. Er wordt daarbij gebruik gemaakt van een koolmonoxidemeter die alarm geeft bij 25ppm parts per million. In Rotterdam is gekozen voor een meting met een grens van 25 ppm omdat er voor handhaving sprake moet zijn van een direct gevaar voor de volksgezondheid en omdat de meters standaard op 25 ppm zijn afgesteld. Er wordt een melding gemaakt als er een te hoge koolmonoxideconcentratie gemeten wordt. Afhankelijk van hoe hoog de gemeten waarde is, kan de melding terecht komen bij de Brandweer of de afdeling Bouw- en Woningtoezicht. Bij het vaker overtreden van de koolmonoxideconcentratie kan besloten worden om de vergunning in te trekken.
Ontwikkeling
Uit inspecties die uitgevoerd worden door de NVWA blijkt dat shishalounges het rookverbod vaak overtreden. Inspecteurs van de NVWA worden bij controles in shishalounges blootgesteld aan schadelijke stoffen, die gevaarlijk zijn voor hun gezondheid. Dit laat ook zien dat ook de volksgezondheid van bezoekers en medewerkers van shishalounges constant in gevaar wordt gebracht. Omdat het rookverbod in shishalounges slecht wordt nageleefd, heeft het kabinet besloten om een onderzoek te starten naar de mogelijkheden om de blootstelling aan schadelijke stoffen in shishalounges te verminderen. Mogelijke maatregelen die genomen kunnen worden zijn het verbieden van het gebruik van kruidenrookproducten bij waterpijpen of een totaal verbod op het gebruik van waterpijpen. Een andere mogelijk scenario is dat er een verbod zal komen op zoete smaakjes om zo het gebruik van waterpijp minder aantrekkelijk te maken.