In de Utrechtse plaats Cothen, dichtbij Wijk bij Duurstede, zijn elf mensen gewond geraakt nadat de gebouwde praalwagen instortte. Die middag was er in Schalkwijk een vervroegde optocht gehouden. Het ongeluk gebeurden in de namiddag van zondag 17 februari 2019. Ongeveer twintig mensen stonden op de wagen die vanuit Schalkwijk terug naar Cothen aan het rijden was. Een rit van rond de twaalf kilometer. De reling van de praalwagen begaf het waardoor de groep van de aanhanger viel. Zes van hen zijn onderzocht in het ziekenhuis. Er zouden voornamelijk botbreuken zijn geconstateerd. Een verschrikkelijk ongeluk met een redelijk goede afloop. De vraag die nu gesteld kan worden, mag een zogenoemde praalwagen wel op de openbare weg? Op deze en andere vragen wordt in deze ‘vraag van de maand’ antwoord gegeven.
Wettelijk
De Wegenverkeerswet 1994 (WVW) geeft alle regels voor het verkeer aan. De doorstroming op de openbare weg, de veiligheid, het voorkomen van overlast en schade door het verkeer aan andere weggebruikers en afgifte van rijbewijzen en kentekens. Maar ook welke voertuigen wel of niet gebruik mogen maken van de openbare weg. Het RDW moet motorische voertuigen en aanhangwagens goedkeuren (artikel 4b lid 1 sub a WVW) voordat zij de weg op mogen. Daarvoor is het eerst van belang dat bepaald wordt wat er onder praalwagen wordt verstaan. Aangezien een praalwagen in verschillende vormen kan bestaan. Bijvoorbeeld als tractor of ander motorisch voertuig, maar ook als aanhangwagen.
Tijdens de optocht
De praalwagen waar de personen uit Cothen op stonden mocht deelnemen aan de optocht. De gemeente Houten waar Schalkwijk onder valt, had een evenementvergunning verleend voor de optocht. Dit betekent dat de deelnemende route tijdens de optocht wordt gezien als evenemententerrein. Hierdoor gelden er andere regels. Bijvoorbeeld dat er personen op de aanhangwagens mogen zitten of staan. Of dat de praalwagens mogen afwijken van de afmetingen voor een motorisch voertuig of aanhangwagen.
Voor en na een optocht
Burgermeester De Jong van toentertijd de gemeente Houten heeft aangegeven dat de personen op de praalwagen die betrokken waren bij het ongeluk zelf verantwoordelijk zijn voor het vervoer van en na een optocht. ‘Zij dienen zich, zoals iedereen aan de algemeen geldende verkeersregels te houden.’ Hij doelt hiermee op de Wegenverkeerswet. Dit betekent dat voor en na een optocht de aangewezen openbare weg niet wordt gezien als evenemententerrein.
In reglementen van verenigingen die optochten organiseren, wordt vaak verwezen naar de verzekering van een praalwagen. Deze verzekeraar geeft advies voor een veilige rit van en naar de optocht. Zij geven aan dat er geen mensen mee mogen en de trekker maximaal 25 km per uur mag rijden.
In de praktijk
Verenigingen en gemeenten gaan verschillend om met het feit dat praalwagens over de openbare weg naar de optocht moeten. Voor dit artikel zijn er een aantal reglementen geraadpleegd. Veel van deze reglementen spreken allen over tijdens een optocht. Maar niet over hoe het geregeld is voor en na een optocht.
De gemeente Bunnik heeft in 2019 vastgesteld dat de evenementenvergunning betrekking heeft op het gebruik van de openbare wegen binnen de gemeente. De toestemming voor het gebruik van de openbare weg is verwerkt in de (overkoepelende) vergunning voor het houden van carnavalsactiviteiten in de gemeente. Praalwagens die vanuit buiten de gemeente willen deelnemen aan de carnavalsoptocht en daarvoor andere wegen moeten gebruiken dan die van de gemeente Bunnik, moeten hiervoor een ontheffing dan wel vergunning aanvragen bij de desbetreffende wegbeheerder(s).
Concluderend
Concluderend kan er gesteld worden dat een praalwagen wettelijk moet voldoen aan de Wegenverkeerswet als zij de weg op gaan naar de optocht toe en terug rijden. Daarom moet er worden gekeken naar welk motorische voertuig of aanhangwagen wordt gebruikt en welke eisen daaraan zijn verbonden.
Tijdens een optocht kunnen de openbare wegen onder de noemer evenemententerrein vallen waardoor dergelijke regels niet of in mindere maten gelden. Voor en na een optocht moeten zij voldoen aan de Wegenverkeerswet en de vereisten van de verzekering. Ook kan het per gemeente verschillen hoe het voor en na een optocht is geregeld.