Veel openbare wegen in Nederland liggen op gemeentegrond en hebben een openbare bestemming. Het komt ook voor dat een weg op privéterrein openbaar is. In dit artikel bespreken wij wanneer een weg openbaar is en wie het onderhoud daarvan moet verrichten en wat als de grondeigenaar zijn onderhoudsplicht niet nakomt?
Openbare weg
De openbaarheid van wegen is geregeld in de Wegenwet. Op grond van artikel 4 lid 1 van de Wegenwet is een weg openbaar wanneer deze gedurende dertig achtereenvolgende jaren voor iedereen toegankelijk is geweest. Ook is een weg openbaar wanneer deze gedurende tien achtereenvolgende jaren voor een ieder toegankelijk is geweest en tevens is onderhouden door het rijk, provincie, gemeente of waterschap. Tevens is een weg openbaar wanneer de rechthebbende aan de weg de bestemming van een openbare weg heeft gegeven.
Zorgplicht
Los van de vraag wie belast is met het onderhoud van een weg, bepaalt artikel 16 van de Wegenwet dat de wegbeheerder ervoor moet zorgen dat de weg in goede staat verkeerd. Op grond van artikel 18 Wegenwet wordt een wegbeheerder geacht aan zijn zorgplicht te hebben voldaan, als de weg goed onderhouden is. De zorgplicht geldt ten aanzien van alle openbare wegen binnen het grondgebied van de betreffende gemeente, dus ook ten aanzien van openbare wegen op particulier terrein.
De wegbeheerder doet er daarom verstandig aan te controleren of een particuliere grondeigenaar een openbare weg op zijn terrein goed onderhoudt en kan overwegen het onderhoud zo nodig over te nemen Tevens blijkt uit de uitspraak van de Rechtbank dat van de wegbeheerder mag worden verwacht, dat deze adequaat optreed bij gebrekkige of gevaarlijke situaties op de weg. Het niveau dat mag worden verwacht verschilt per weg en is afhankelijk van het type en de functie van de weg. De gemeente kan door het vervullen van de zorgplicht aansprakelijkheidsrisico’s voorkomen.
Onderhoudsplicht
Tegenover de beperkingen van het eigendomsrecht regelt de Wegenwet dat de onderhoudsplicht van een openbare weg op particulier terrein berust bij de overheid. De onderhoudsplicht van een particuliere weg die voor een ieder openbaar toegankelijk (en dus openbaar) is, berust in principe bij deze particulier. Dit is anders wanneer:
- De particulier zijn onderhoudsplicht in het verleden heeft overgedragen aan de gemeente. Dit moet dan blijken uit officiële stukken, zoals aktes. Voor wegen buiten de bebouwde kom is dit dan ook opgenomen in de Wegenlegger.
- De onderhoudsplicht door verjaring (na 20 jaar) is teniet gegaan. Als de onderhoudsplichtige niet voldoet aan zijn onderhoudsplicht en de gemeente hem 20 jaar lang niet heeft gewezen op de nakoming van zijn onderhoudsplicht, dan is de onderhoudsplicht daarmee verjaard en gaat deze over naar de gemeente (artikel 23 Wegenwet).
- De gemeente verplicht is de weg te onderhouden, omdat zij die weg gedurende tien achtereenvolgende jaren heeft onderhouden, ook al was die weg nog niet openbaar (artikel 15 lid 2 Wegenwet).
Niet nakomen van onderhoudsplicht
Als de grondeigenaar zijn onderhoudsplicht niet nakomt is het niet mogelijk om via bestuursdwang het onderhoud aan de openbare weg af te dingen. Dit heeft de Afdeling bestuursrechtspraak beslist, omdat de Wegenwet geen grondslag bied voor de bevoegdheid voor het toepassen van bestuursdwang. De gemeente kan het onderhoud wel afdwingen via de burgerlijke rechter.