Vergunning op grond van de Alcoholwet
Vanzelfsprekend wordt er vanuit de champagnebar bedrijfsmatig alcoholhoudende drank voor gebruik te plaatse verstrekt. Toch kan er geen vergunning op grond van de Alcoholwet verleend worden. Hieronder leggen we uit waarom.
Op grond van artikel 7, tweede lid van de Alcoholwet wordt géén vergunning verleend voor het uitoefenen van het horecabedrijf of slijtersbedrijf anders dan in een inrichting. In artikel 1, eerste lid, zevende gedachtestreepje van de Alcoholwet is de definitie van een inrichting opgenomen: “de lokaliteiten waarin het slijtersbedrijf of het horecabedrijf wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen voor zover die terrassen in ieder geval bestemd zijn voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, welke lokaliteiten al dan niet onderdeel uitmaken van een andere besloten ruimte;’’
In deze definitie worden enkele andere definities uit artikel 1 van de Alcoholwet genoemd, namelijk lokaliteit(en) en indirect besloten ruimte. Een lokaliteit is “een besloten ruimte, onderdeel uitmaken van een inrichting.” Een besloten ruimte is “een ruimte omsloten door scheidingsconstructies.”
De definitie van ‘scheidingsconstructie’ staat niet in de Alcoholwet, maar in artikel 1.1. van het Besluit bouwwerken leefomgeving. Daarnaast geeft artikel 1, tweede lid van de Alcoholwet explicieter aan dat onder een inrichting géén vervoermiddel voor het rondtrekkend uitoefenen van een bedrijf wordt verstaan.
De mobiele champagnebar kan dus niet vergund worden als een horecabedrijf. Maar, wat kan wél?!
Partijen-cateringbedrijf
Voor besloten feesten en partijen (van particulieren) op incidenteel beschikbare locaties kan de exploitant van de champagnebar zich in laten huren als partijen-cateringbedrijf (artikel 1, lid 1, 18e gedachtestreepje Alcoholwet). “Partijen-cateringbedrijf: de activiteit bestaande uit het met dienstverlening gepaard gaande bedrijfsmatig verstrekken van gerechten en dranken voor gebruik bij besloten partijen op een door een opdrachtgever te bepalen plaats, die slechts incidenteel beschikbaar is voor dergelijke partijen;”
Hierbij is het wel van belang dat hij naast dranken (de champagne) ook gerechten verstrekt.
Evenementen
Voor het verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank bij bijzondere gelegenheden zoals evenementen kan de organisator van de activiteit een ontheffing op grond van artikel 35 van de Alcoholwet aanvragen. De champagnebar kan vervolgens ingehuurd worden door de organisator van het evenement.
Ontheffing artikel 35 Alcoholwet
Tenslotte kan de exploitant eenmalig een ontheffing aanvragen om een ‘champagnetuin’ in zijn eigen tuin te laten plaatsvinden. Wil hij dit vaker doen dan zal hij een vergunning moeten hebben, maar dan zal er dus sprake moeten zijn van een inrichting (vast bouwwerk), met horecalokaliteit (binnenruimte) van ten minste 35m2. Daarnaast moet er ook rekening worden gehouden met alle andere inrichtingseisen uit het Besluit bouwwerken leefomgeving (voorheen: Bouwbesluit 2012). Het bestemmings-/omgevingsplan speelt geen rol bij het toetsen op grond van de Alcoholwet, maar vanzelfsprekend moet de bestemming in zijn tuin dergelijke activiteiten mogelijk maken.