In dit artikel is aangegeven dat er een wijziging is doorgevoerd tijdens de transitie van de Drank en Horecawet (DHW) naar de Alcoholwet. Toen de DHW gold, konden gemeenten naast een verbod op de “happy hour’’ in de horeca ook stuntprijzen in winkels en slijtersbedrijven verbieden. Nu de Alcoholwet geldt, zijn de beperkingen op stuntprijzen in winkels en slijtersbedrijven landelijk opgenomen in artikel 2a.
In artikel 2a Alcoholwet staat het volgende:
· Lid 1. ‘’Het is verboden om bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank aan te bieden of te verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van een maand of korter lager is dan 75% van de prijs die in het betreffende verkooppunt gewoonlijk wordt gevraagd.’’
Seizoenaanbiedingen vallen buiten lid 1 omdat hier geen sprake meer is van een prijsactie. Een toezichthouder kan door na afloop van de actie te kijken welke prijs er wordt gevraagd, de gebruikelijke prijs vaststellen en dit vergelijken met de actieprijs.
· Lid 2. ‘’Het is verboden om bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank aan te bieden of te verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse waarbij de indruk wordt gewekt dat de prijs lager is dan 75% van de prijs die gewoonlijk wordt gevraagd.’’
Gemeenten kunnen daarnaast in het belang van de openbare orde of om de volksgezondheid te beschermen, in een verordening opnemen dat het verboden is om in de horeca alcoholhoudende drank bedrijfsmatig of tegen betaling te verstrekken voor gebruik ter plaatse en voor een periode van 24 uur of korter lager dan 60% van de prijs die gewoonlijk in de betreffende horecalokaliteit wordt gevraagd. Dit betreft een facultatieve bepaling; artikel 25d lid 1 Alcoholwet.
Artikel 25d lid 2 Alcoholwet geeft de raad de mogelijkheid dat het verbod kan gelden voor bepaalde aard van aanbiedingen en verstrekkingen in bepaalde delen van de gemeente die bij verordening zijn aangewezen. Dit betekent dat gemeenten de mogelijkheid behouden om op te treden tegen bijvoorbeeld de ‘’happy hours’’ in horecalokaliteiten of op een terras.
Conclusie
Artikel 2a Alcoholwet is een verbodsbepaling voor alcoholhoudende dranken voor gebruik elders dan ter plaatse. Het betreft het rekenen, in een bepaalde periode (een maand of korter), van een prijs die lager is dan 75% van de normale prijs. Ook de indruk wekken dat de korting meer is, is verboden. 25% korting is maximaal.
Artikel 25d Alcoholwet geeft de raad de mogelijkheid om prijsacties te verbieden bij het schenken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de normale prijs. 40% korting is maximaal.
Een verklaring waarom er niet voor eenzelfde kortingspercentage is gekozen, is niet gevonden. De bepalingen zijn volgtijdelijk ingevoerd en onafhankelijk van elkaar bepaald, althans zo lijkt het. Beide beogen invloed (beperking) op het gebruik van alcoholhoudende dranken te regelen. De "happy hour" is een keuze van de raad. De prijsacties bij het slijten is daarentegen een landelijk opgelegde dwingende bepaling.