Aanleiding
Aanleiding van het handhavingsverzoek van de SlijtersUnie is dat de derde-partij in strijd handelde met het bepaalde in artikel 18, eerste lid, van de Drank- en Horecawet (hierna de DHW). Concreet ging het erom dat de derde-partij tussen de culinaire boeken in beperkte mate zwak-alcoholhoudende drank aan particulieren voor gebruik elders dan ter plaatse aanbiedt.
Stand van zaken
Op 25 februari 2015 heeft de SlijtersUnie de burgemeester verzocht om tegen de derde-partij handhavend op te treden wegens strijd met het bepaalde in artikel 18 Drank- en Horecawet. Bij besluit van 24 april 2015 (het primaire besluit) heeft de burgemeester besloten om het handhavingsverzoek af te wijzen en niet handhavend op te treden tegen de activiteiten van de derde-partij. De burgemeester heeft bij zijn beslissing overwogen dat de activiteiten van de derde-partij niet in overeenstemming zijn met artikel 18, tweede lid, van de DHW, maar het verzoek tot handhaving afgewezen. De burgermeester stelde zich daarbij op het standpunt dat hij handhavend optreden in de onderhavige concrete situatie zodanig onevenredig acht in verhouding tot de daarmee te dienen belangen, dat van het opleggen van een last onder bestuursdwang dan wel een last onder dwangsom moest worden afgezien.
Bij besluit van 9 september 2015 (het bestreden besluit) heeft de burgemeester het bezwaar van de SlijtersUnie ongegrond verklaard en heeft de burgemeester het bestreden primaire besluit gehandhaafd (afwijzing van het handhavingsverzoek).
Uitspraak van de rechtbank
De rechtbank heeft op 30 maart 2016 het ingestelde beroep van de SlijtersUnie tegen de beslissing op bezwaar gegrond verklaard en het besluit van de burgemeester vernietigd. De rechtbank acht de in het proces door de burgemeester genoemde omstandigheden niet zodanig bijzonder te zijn dat de burgemeester daarin aanleiding had mogen vinden om te weigeren van zijn bevoegdheid tot handhavend optreden gebruik te maken. Daartoe laat de rechtbank meewegen dat de DHW geen wettelijke bepaling kent waarin de mogelijkheid in het leven wordt geroepen om te experimenteren met lokale dan wel landelijke regelgeving, in die zin dat overtreding daarvan kan worden toegestaan en van handhavend optreden kan worden afgezien.
Voorts is de rechtbank van mening dat uit de (toekomstige) VNG "Pilot gemengde horecabestemming" en de "Pilot verlichte regels winkelgebieden" niet blijkt dat deze geen ruimte (meer) aan de burgemeester bieden om tegen overtredingen van de DHW op te treden. Deze conclusie kan volgens de rechtbank ook niet worden gevonden in het Plan van Aanpak van de Binnenstad en Broerenkwartier van 9 april 2015.
Wat betekent deze uitspraak voor de "Blurringpilot(s)"?
De uitspraak van de rechtbank Zwolle lijkt helder te zijn. De huidige DHW biedt geen mogelijkheden om te experimenteren met lokale dan wel landelijke regelgeving, in die zin dat overtreding daarvan kan worden toegestaan en van handhavend optreden kan worden afgezien. De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna staatssecretaris) is ook helder in zijn standpunt. De staatssecretaris is van mening dat de Drank- en Horecawet geen ruimte biedt aan burgemeesters om te gedogen dat winkeliers en dienstverleners alcoholhoudende dranken schenken en horecaondernemers meer detailhandel bedrijven.
Betekent dit dat de VNG-pilot 'reguleren mengvormen winkel/horeca' en de Pilot Verlichte regels winkelgebieden geen bestaansrecht (meer) hebben?
Op het eerste gezicht kan men de conclusie trekken dat dit het geval is. De Drank- en Horecawet biedt blijkens de hierboven beschreven uitspraak geen ruimte voor zogenaamde "gedoog-experimenteren". Ook wordt opgemerkt dat deze uitspraak volledig in lijn is met vaste jurisprudentie van de Raad van State. Daaruit blijkt dat het bevoegde bestuursorgaan bij een overtreding van een wettelijk voorschrift (waaronder de APV, de Wabo / het bestemmingsplan en de DHW) een beginselplicht tot handhaving heeft. Dit betekent dat het bevoegde bestuursorgaan in de regel moet handhaven en slechts in bijzondere gevallen mag afzien van het handhavend optreden.
Kansen
Waar liggen wel de kansen? Anders dan de VNG-pilot gaat de Pilot Verlichte regels winkelgebieden verder dan alleen de Drank- en Horecawet. Deze pilot gaat bijvoorbeeld ook over de volgende onderwerpen:
Bestemmingsplan (te rigide en/of te gedetailleerd ervaren);
Algemene Plaatselijke Verordening;
- Reclamebeleid;
- Uitstallingsbeleid;
- Terrassenbeleid;
- Evenementenbeleid.
Met name binnen deze lokale (autonome) regelgeving en beleid hebben gemeenten de mogelijkheid om hun regels en beleid te verruimen c.q. aan te passen. Gemeenten bepalen binnen de grenzen van behoorlijk bestuur immers zelf hun lokale regelgeving en gemeentelijk beleid.